maandag 19 januari 2009

Een Egyptische zedenschets


We naderen het einde van de 'mission', en we hebben ons met het hele team vandaag opgesloten in het APP hoofdkwartier. Opgerolde mouwen, verhitte koppen, werken aan de contouren van het advies. Een 'brown paper session' zouden we dat in ons consultancy jargon noemen, vernoemd naar het bruine pakpapier dat ooit de wanden sierde, en waarop we alle hoofdlijnen van een advies kalkten. Nu moet gesproken kunnen worden over de duiding van wat we gezien hebben, de juiste combi van tact en stevigheid in advisering, de manier om politici gecommitteerd te krijgen. Onder elkaar moeten we het eens én oneens kunnen zijn. Magdy constateerde net dat het fijn vechten is met mij. Ik zal het maar als compliment beschouwen.


Hetgeen mij tot filosoferen aanzet over omgangsvormen en culturele verschillen. Ik vaar, bij gebrek aan beter, blind op mijn intuïtie, die mij leert dat individuele eigenaardigheden veel bepalender zijn in het menselijk verkeer dan culturele verschillen. Als ik lol heb met Magdy, of dezelfde kant uitdenk als Khaled, doen we dat als bevriende collega's onder elkaar. Dus de discussies voer ik ook gewoon als Martine, en niet als Nederlandse Consultant, of Westerse Vrouw.


Bovendien, mensen zijn mensen, waar je ze ook tegenkomt. Een constatering die ik gisteren ook trok, in een zeer verhelderend gesprek met Dr Iman el-Bastawisi, professor in de Culturele Antropologie aan de Universiteit van Caïro. Alweer een vreselijk leuke vrouw, die mij inwijdde in de wereld der Bedoeïnen. Een doelgroep die ook in de strategie moet, maar die lastig even te bezoeken zijn. Opgesloten in de Sinaï als ze zitten. Als er toch ergens van nature mensen wijs met water moeten zijn, zijn het deze woestijn nomaden. Maar, helaas. De Sinaï is een te ontwikkelen gebied volgens de regering, er vindt veel interne migratie van 'Nile Valley Dwellers' die kant uit plaats. En het is een gebied dat ontdekt is door het toerisme. Resultaat: ook Bedoeïnen komen in contact met global idealen over vooruitgang en status. Dus waar vrouwen zich vroeger ceremonieel wisten te wassen in het equivalent van één Arabisch koffiekopje water, wil ieder gezin nu gewoon een badkamer met stromend water. Lastig, midden in de woestijn, kost een hoop grondwater dat je vervolgens voorgoed kwijt bent. Al brainstormend over een zinnige boodschap, vraag ik Iman of die Bedoeïnen niet aan te spreken op hun trots en hun tradities. 'Ya salaam, natuurlijk', zegt ze. Ze zijn hartstikke trots op hun kamelen en hun eigen gebruiken. Maar dat betekent nog niet dat ze midden in de nacht hun huis uitwillen om ergens achter een struik te gaan piesen. En geef ze eens ongelijk, daar zouden jij en ik ook geen zin in hebben. Mensen zijn mensen.


Maar soms bereik je toch ineens een echte culturele barrière. Voor Egyptenaren is er geen strikt onderscheid tussen zakelijk en privé, ik ben er al aan gewend in ieder gesprek te vertellen wat mijn huwelijkse status is, hoeveel kinderen ik heb, wat mijn familie doet. Khaled had daar duidelijk op zitten broeden, en wilde nu wel eens weten hoe oud mijn dochter Nina eigenlijk is. Bijna zes. Wat, zo jong nog? Uh, ja, in Nederland krijgen we vaak wat later kinderen. Ah, en waar is Nina dan nu, bij mijn moeder? Nou nee, bij haar vader. En voor het eerst valt het hele gezelschap geschokt stil. Wat ze zich ook kunnen voorstellen, dat je als man in je eentje voor een jong kind zorgt, dat niet. 'A girl that age needs her mother'. zegt Khaled streng. Dus Take, misschien is het tijd voor een eigen mannen-onder-elkaar mission?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten